Flip van Dyke gaf gisteren in 1Vandaag duidelijkheid over de cijfers. Mensen die hem kennen of al langer volgen weten dat hij keer op keer de overtrokken cijfers en daarbij gepaard gaande overtrokken reacties debunkt.
Eén en ander verduidelijkt hij ook nog op zijn blog.
Op basis van laatst beschikbare cijfers van Eurostat en een (kleine) schatting van de nog ontbrekende cijfers kan een eerste balans worden opgemaakt van het roerige asieljaar 2015.
Enkele hoofdpunten: het aantal asielzoekers is met 125% gestegen t.o.v. 2014, maar er zijn nog veel onzekerheden. De Nederlandse cijfers zijn verdubbeld. Het meest opmerkelijke is dat Nederland binnen het vaste land van Noordwest Europa het minste aantal asielzoekers per hoofd van de bevolking kreeg. Gemiddeld zit Nederland op het niveau van de gehele EU.
Over de cijfers:
Even heel saai, maar het moet: wat stellen de cijfers in dit stuk voor.
Allereerst heb ik mede betrokken in de cijfers Noorwegen en Zwitserland. Alhoewel geen deel uitmakend van de EU, doel zij volledig mee met het asielsysteem van de EU. Bovendien zijn het beide Schengenlanden en doen zij bijvoorbeeld ook mee aan Frontex (assisteert EU-landen bij de bewaking van de buitengrenzen). Ook IJsland en Liechtenstein horen daarbij maar die zijn zo klein dat ik ze buiten beschouwing laat.
Dit onderzoek gaat over de eerste aanvragen. Dat zijn de mensen die spontaan naar de EU+ komen met het verzoek om bescherming. Soms (gelukkig steeds minder) worden ook de tweede en vervolgaanvragen ingediend in een land meegenomen. Dan ben je formulieren aan het tellen en niet mensen. In Nederland bestaat de gewoonte om alle nareizigers mee te tellen in de communicatie. Dat heeft vele nadelen, maar zeker ook dat je met die cijfers internationaal niet kan vergelijken.
(lees verder bij Flip van Dyke)