Hello, I love you

Voor de “zomermuziek” van 1968 heb ik een titelwolk waar ik af en toe iets uitpluk en dan weer bedenk ik iets wat er niet in staat. Deze staat, of nu beter: stond, er in maar ik had mijn aarzelingen. Ik vond de tekst nogal eh – grof. Hallo, ik houd van je, hoe heet je eigenlijk?

En toen drong met een daverende klap tot mij door dat ik wel degelijk zelf zoiets “gedaan” heb en er bijna drie jaar verkering (en een veelvoud aan jaren treurnis over haar ontrouw) aan heb overgehouden. We bevonden ons in elkaars armen, mijn naam wist ze wel maar ik moest besmuikt vragen hoe zij heette.
Het was dan wel de verzameling mooiste klanken in de wereld. Ach.
Nou, en dus nu de Doors. Onbeschaamd en onbekommerd. Een toost op inzicht dat na vele jaren komt.

Hello, I love you
Won’t you tell me your name?
Hello, I love you
Let me jump in your game
Hello, I love you
Won’t you tell me your name?
Hello, I love you
Let me jump in your game

She’s walking down the street
Blind to every eye she meets
Do you think you’ll be the guy
To make the queen of the angels sigh?

Hello, I love you
Won’t you tell me your name?
Hello, I love you
Let me jump in your game
Hello, I love you
Won’t you tell me your name?
Hello, I love you
Let me jump in your game

She holds her head so high
Like a statue in the sky
Her arms are wicked, and her legs are long
When she moves my brain screams out this song

Sidewalk crouches at her feet
Like a dog that begs for something sweet
Do you hope to make her see, you fool?
Do you hope to pluck this dusky jewel?

Hello, Hello, Hello, Hello, Hello, Hello, Hello
I want you
Hello
I need my baby
Yeah
Hello, Hello, Hello, Hello