Reggaeklassieker du jour: No Woman, No Cry

Een van Bob Marley’s mooiste, waarin hij probeert een niet bij name genoemde vrouw – mogelijk zijn echtgenote Rita – te troosten door herinneringen op te halen aan de tijd dat ze samen opgroeiden in Trenchtown, een wijk in het uiterste westen van de Jamaïcaanse hoofdstad Kingston.

Trenchtown ontstond in de jaren ’30 en ’40 toen straatarme plattelandsbewoners naar de stad trokken, op zoek naar werk. Marley woonde samen met zijn moeder in een volkshuisvestingsproject in Trenchtown. De ‘government yard’ verwijst naar de publieke ruimte voor de woningen waar zich de waterfontein (de enige wasgelegenheid in de buurt) bevond en het sociale leven van de bewoners zich grotendeels afspeelde.

Bob deelde de credits van de song met zijn vriend Vincent Ford die een gaarkeuken runde in Trenchtown. De royalties stelden Ford in staat zijn diensten uit te breiden.

Cornmeal porridge is een traditioneel Jamaïcaans gerecht. De meeste bewoners van Trenchtown waren doodarm, en het was gebruikelijk het eten te delen met buurtbewoners die zich die dag zelfs een goedkoop gerecht als korenpap niet of moeilijk konden veroorloven. En wie weet: misschien had jij een week later hulp nodig.

De oorspronkelijke versie van No woman, no cry op het album Natty Dread is up tempo. Hieronder de volgens veel mensen – waaronder schrijver dezes – ultieme versie van de song.

No, woman, no cry.
No, woman, no cry.
No, woman, no cry.
No, woman, no cry.

‘Cause—’cause—’cause I remember when a we used to sit
In a government yard in Trenchtown,
Ob—observing the hypocrites.
Yeah!
Mingle with the good people we meet.
Yeah!

Good friends we have. Oh.
Good friends we have lost along the way. Yeah!
In this great future you can’t forget your past.
So dry your tears, I say.
Yeah.

No, woman, no cry.
No, woman, no cry. Eh, yeah!
A little darlin’, don’t shed no tears.
No, woman, no cry. Eh!

Said—said—said I remember when we used to sit
In the government yard in Trenchtown. Yeah.
And then Georgie would make the fire lights,
I say, log wood burnin’ through the nights.
Yeah!

Then we would cook cornmeal porridge,
I say, of which I’ll share with you.
Yeah!
My feet is my only carriage
And so I’ve got to push on through.

But while I’m gone,
Everything’s gonna be all right!
Everything’s gonna be all right!
Everything’s gonna be all right, yeah!
Everything’s gonna be all right!
Everything’s gonna be all right-a!
Everything’s gonna be all right!
Everything’s gonna be all right, yeah!
Everything’s gonna be all right!

So, no, woman, no cry.
No, woman, no cry.
I say, oh, little—oh, little darlin’, don’t shed no tears.
No, woman, no cry. Eh.

No, woman—no, woman—no, woman, no cry.
No, woman, no cry.
One more time I got to say,
Oh, little-little darlin’, please don’t shed no tears.
No, woman, no cry.

Uitgelichte afbeelding: By Island – Google, Fair use, https://en.wikipedia.org/w/index.php?curid=44592864