U als oplettend lezertje v/m heeft het al gemerkt: de rubriek op de voorpagina van Krapuul die tot voor zeer kort het hoofdje Muziek droeg heeft nu als chapeau Cultuur.
De aanleiding werd gevormd door de bijdragen van Duif van vandaag, en het verder weinig belangrijke bericht dat 21 maart Wereldpoëziedag is. Het is alle dagen Poëziedag. Of Literatuurdag. En heel wat van de muziek die het afgelopen bijna-jaar geplaatst is in de muziekrubrieken kan ook als poëzie door het leven. En omgekeerd?
Studenten Drama en Voordracht van het Brugse Conservatorium maakten van een gedicht van Gezelle een hiphopversie.
‘k Heb menig menig uur bij u
gesleten en genoten,
en nooit en heeft een uur met u
me een enklen stond verdroten.
‘k Heb menig menig blom voor u
gelezen en geschonken,
en, lijk een bie, met u, met u
er honing uit gedronken;
maar nooit een uur zoo lief met u,
zoo lang zij duren koste;
maar nooit een uur zoo droef om u,
wanneer ik scheiden moste,
als het uur wanneer ik dicht bij u,
dien avond, neergezeten,
u spreken hoorde en sprak tot u
wat onze zielen weten.
Noch nooit een blom zoo schoon, van u
gezocht, geplukt, gelezen,
als die dien avond blonk op u,
en mocht de mijne wezen!
Ofschoon, zoo wel voor mij als u,
— wie zal dit kwaad genezen? —
een uur bij mij, een uur bij u
niet lang een uur mag wezen;
ofschoon voor mij, ofschoon voor u,
zoo lief en uitgelezen,
die rooze, al was ’t een roos van u,
niet lang een roos mocht wezen,
toch lang bewaart, dit zeg ik u,
’t en ware ik ’t al verloze,
mijn hert drie dierb’re beelden: U,
dien avond — en — die rooze!
Dirk van Esbroeck maakt er een troubadoursromance van. Zoals het goede poëzie betaamt leent het gedicht zich voor bijvoorbeeld deze uitvoeringen.