Ruttes nucleaire opties of nauwere samenwerking in de EU?

Premier Mark Rutte realiseert zich in ieder geval dat de huidige EU alternatieven heeft. Hij stelde op 9 september in de Tweede Kamer: “Je moet gaan nadenken: kun je een begroting maken via een intergouvernementeel verdrag of kun je nu een Europese Unie oprichten zonder Hongarije en Polen? Maar dan zit je wel in zeer nucleaire varianten.” Ruttes nucleaire opties lijken zeer onvoorstelbare ideeën; hij noemde ze wellicht om duidelijk te maken dat er voor de huidige vorm van de EU geen alternatief is. Maar dat Rutte over zulke opties begint, duidt erop dat veranderingen in de EU hoogstnodig zijn. Zo brengt het openlijk tarten van democratie in Hongarije en Polen de geloofwaardigheid van democratische samenwerking in de EU in gevaar. Als het vertrouwen wegvalt en de EU desintegreert, is dat slecht nieuws voor Duitsland als grootste profiteur van de EU. Gaat het minder met Duitsland, dan geldt dat evenzo voor Nederland als min of meer 17de deelstaat ervan.

Formeel is er een alternatief voor een nucleaire optie. In het Verdrag van Lissabon, het verdrag dat momenteel de werking van de EU regelt, bestaat officieel de mogelijkheid tot nauwere samenwerking tussen een aantal lidstaten. Die nauwere samenwerking moet aan een aantal voorwaarden voldoen. Een eerste voorwaarde is dat minimaal een derde van de lidstaten participeert, in de huidige situatie dus negen. Voorts houden ze onder meer in dat nauwere samenwerking niet mag ingaan tegen het acquis communautaire, de werking van de interne markt niet mag verstoren, niet mag plaatsvinden op terreinen waarvoor de EU exclusief bevoegd is, en voorstellen van de EU met hetzelfde oogmerk niet mag doorkruisen. Aan al die voorwaarden valt bij nauwere samenwerking wel een mouw te passen. Maar de bottleneck zit in de procedure ertoe. De moeilijkheid zit hem in het bijzonder in de stap dat de Raad van Ministers een voorstel tot nauwere samenwerking van een aantal landen met unanimiteit moet goedkeuren. Dus als er 9 landen op een bepaald terrein nauwer willen samenwerken, hebben ze daar de instemming voor nodig van alle 27 lidstaten. Als bijvoorbeeld een aantal lidstaten een herverdeling van vluchtelingen wil en ze zijn bereid daarover een regeling te treffen, kan dat binnen de EU alleen als ook Hongarije, Polen, Tsjechië, Slowakije (Viségradgroep) en eventueel andere huiverige lidstaten er toch mee instemmen. De Viségradgroep zal dat niet gauw doen.

Als de formele mogelijkheid tot nauwere samenwerking van een aantal lidstaten binnen de EU eigenlijk een wassen neus is, dan komen Ruttes nucleaire opties in een ander perspectief te staan. Wellicht is een heroprichting van de EU, een EU-2, de enige weg vooruit. In COVID-19 zet de strijd tussen kneuterigheid en lotsverbondenheid op scherp had ik op deze optie gehint. Ter vergelijking noemde ik daar Frankrijk dat aan zijn vijfde republiek bezig is. Voordat je aan zo’n nucleaire variant denkt moet je vanzelfsprekend met de eerste stap beginnen. De eerste stap is een poging tot nauwere samenwerking van een aantal lidstaten binnen de EU. Daartoe heb ik bijvoorbeeld ten aanzien van de opname van vluchtelingen vorig jaar nog gepleit in Ondanks de aristocratische geest van het Kalergi-plan is het toch actueel. Maar het onderwerp van het Kalergi-plan leende zich toen niet voor het nader ingaan op de nu geschetste kanttekeningen. Dankzij Rutte en zijn nucleaire varianten was er een goede aanleiding om meer helderheid over al dan niet nauwere samenwerking binnen de EU ter sprake te brengen.